Zaterdagavond, laat, keerde ik weer terug uit het hoge noorden van het land met een jute buil vol goud,- en zilverstukken, was ik getuige van ‘Het mysterie Wardenier’, had ik iets uit te leggen over een altaarstuk voor Sinterklaas en had ik weer eens een ontmoeting met Renske Jansen om met haar te praten over haar nieuwe boek waar ik de illustraties voor mag gaan maken.
Samen met Ineke bezocht ik de laatste voorstelling van de musical ‘Het mysterie Wardenier’ op Vrijdagavond. Ineke is directe familie van Johannes Wardenier, de uitvinder van de brandstofloze motor, waar deze voorstelling over ging. Voor deze theateravond moest ik wel helemaal naar Steenwijk. Gezien vanuit Hoek ligt dat zo’n slordige 400 kilometer ver weg.
Op de oude foto zie je Ineke zitten op de schoot van haar moeder, Catharina Wardenier. Zij was een dochter van Berend Wardenier, de broer van Johannes Wardenier.
En om Johannes Wardenier draait dit hele theaterstuk. Meesterlijk vertolkt door een grote hoeveelheid spelers en figuranten. In het stuk lopen de verschillende tijdlijnen en verhaallijnen naadloos door elkaar. Ik heb nog getracht een foto van ons tweetjes te maken voor dit artikel, maar die was zo vaag en bewogen dat ik hem maar weglaat.
Met Huissen als tussenstop was dit prima te doen. We genoten van de voorstelling, we spraken een heleboel leuke mensen die op de een of andere wijze iets met dit mysterie te maken hadden of nog steeds hebben, we spraken de schrijver van het beroemde boek met gelijknamige titel en we lopen beiden met plannen rond om over dit mysterie te gaan schilderen.
En natuurlijk kocht ik gelijk het boek van deze bijzonder boeiende schrijver, die in het theater aanwezig was met een grote stapel boeken. Ik ben heel blij dat ik dit schitterende mysterie nu in boekvorm tot mijn beschikking heb. Het verhaal kende ik natuurlijk al, maar de schrijver, een oud journalist die weet hoe je de meest interessante feiten boven tafel krijgt, vult alles wat ik al weet aan met enorm veel details en nieuwe inzichten. Nog steeds komen er nieuwe feiten over dit mysterie aan het licht. Ik denk dat dit verhaal nog wel eens verfilmd gaat worden. Lijkt me zo logisch.
Maar ik had meer te doen, dit weekeind. Al keivroeg, met weinig nachtrust, ging ik op pad naar Montfoort voor een bijeenkomst van het SNG (Sint Nicolaas Genootschap). Met een boodschap en een groots plan.
Een prachtig plan, dat ik deel met Pastoor Marcus Vankan, voor het maken van een altaarstuk voor Sinterklaas. Met een keynote presentatie vertel ik daar over voor een zaal vol met geïnteresseerde Sinterklaas-vrienden. De titel van deze presentatie is ‘Niet het vele is goed, maar het goede is veel’. Een tekst die ook op het altaarstuk komt te staan en die zoveel zegt over de huidige chaos in Sinterklaasland, en mogelijk ook over de complete chaos waarin de wereld zich lijkt te bevinden.
Het altaarstuk komt hoogstwaarschijnlijk in de kerk van Heythuysen te staan waar Marcus Vankan pastoor is. Mijn betoog gaat over het terugbrengen van het Sinterklaasfeest naar de oorspronkelijke proporties. Weg van televisie, massaliteit, commercie, mega intochten, en schreeuwerige shows. Terug naar de menselijke maat waar het op eigen creativiteit en vooral de familieband aan komt. Sint terugbrengen in de huiskamer. Daar gaat dit altaarstuk ook over. Primair is het bedoeld voor kinderen, maar secundair ook voor iedereen die zich voor het feest in wil spannen. Het altaarstuk laat zien hoe het feest ooit gevierd werd. Met eigen creativiteit, improvisatie, volkstoneel en gezelligheid. Het maakt ook gelijk duidelijk waar Zwarte Piet vandaan komt. Niet uit de schoorsteen, niet uit Spanje of wat voor ander land dan ook, maar uit de hel. Hij is zwart van het branden in het vagevuur en is in feite een duivel die door de Sint werd meegevoerd om ons te tonen. ‘Kijk zo kom je er uit te zien als je je bij leven niet weet te gedragen’, is dan de boodschap. Zo heb ik het ooit geleerd en zo laat ik het zien. Gelukkig is dit voor velen heel herkenbaar en hoef ik niets uit te leggen of te onderbouwen. Fijn dat er nog mensen bestaan die het weten.
Ik maakte van de gelegenheid gebruik om ook met Renske Jansen aan tafel te gaan zitten voor een bespreking over tekeningen voor haar nieuwe boek. Haar vorige boek heb ik ook voorzien van illustraties en hoewel ik er weinig tot niets over mag vertellen kan ik wel zeggen dat het een prachtige bundel gaat worden met korten vertel-verhalen die heel rijk geïllustreerd gaat worden.