Jaren geleden maakte ik al eens een artikel over een belangrijk moment van besef in de moderne geschiedenis. Toen er nog mensen rondliepen die iets begrepen van het belang van kunst en cultuur. Nu dit door onze huidige bewindslieden actief wordt afgeserveerd breng ik het opnieuw onder de aandacht. Mijn oog viel onlangs op een tekst die op social media de ronde deed. Dat betreft het artikel hieronder.
Met de VVD voorop worden wij weggezet als subsidievreters
In dit neoliberale tijdsgewricht worden de kunsten verdacht gemaakt. De tactiek is altijd dezelfde, betoogt kunstenaar Tom S. Hageman.
Tom S. Hageman16 december 2019, 20:24
Toen men in het heetst van de Tweede Wereldoorlog aan Winston Churchill voorstelde geld weg te halen uit het cultuurbudget om de oorlogsinspanningen te bekostigen, keek hij verwonderd op en vroeg, ‘What do you think we’re fighting for?’
Het menselijk bestaan valt ruwweg te verdelen in een drietal basisbehoeften: materiële, emotionele en spirituele. Door de eerste overleven wij, door de tweede planten wij ons voort en door de derde onderscheiden we ons van alle andere dieren.
Churchills oorlog
Churchill wees hier op: materieel en emotioneel kunnen we net zo goed onder de nazi’s leven, we voeren oorlog om onze cultuur te beschermen.
Van de pakweg honderdduizend jaar menselijke geschiedenis is de laatste 40 duizend een culturele. De eerste getuigenissen van beschaving zijn kunstwerken: kleine beeldjes en grotschilderingen. Niet alleen in Europa, kunst ontwikkelde zich overal, ook in de meest geïsoleerde gemeenschappen. Aan de kunst is een gemeenschap ook te herkennen, het is de expressie van een samenleving. Poëzie, muziek, beeldende kunst, het verbeeldt de ziel, de identiteit van een cultuur. Tegelijk is het de ingang tot nader begrip van onbekende culturen.
Nog honderd jaar geleden werd er onderscheid gemaakt tussen hogere en lagere kunst. De hogere hoorde bij de leefwijze van de (kleine) burgerlijke elite: theaters, concertgebouwen, musea werden vaak gesticht dank zij private initiatieven en financiële bijdragen uit die burgerklasse. De overgrote meerderheid van de bevolking had geen toegang tot hoger onderwijs met bijpassende levensstijl en behielp zich met levensliederen, volksdans en volkskunst: de zogenaamde lagere kunsten. De socialistische emancipatiebewegingen in de afgelopen eeuw beschouwden kunst dan ook als ‘het’ instrument tot ‘verheffing van het volk’.
Weinig verheffend
Het is weinig verheffend om te zien hoe uitgerekend de materiële erfgenaam van de burgerlijke elite van weleer, de VVD, nu is weggezakt in spirituele armoede.
Ooit was de welgestelde burgerij de beschermer van kunst en cultuur (zij het exclusief voor eigen kring), nu doet ze er alles aan om alles wat van betekenis, diepgang, hogere waarde is in de samenleving te dwarsbomen en waar mogelijk te vernietigen.
In de beeldende kunsten is alles wat na de oorlog werd opgebouwd aan ondersteuning, distributie, educatieve voorzieningen, vanaf het begin van de 21ste eeuw nagenoeg geheel afgebroken. Nu zijn de orkesten aan de beurt.
De tactiek is steeds hetzelfde: het begint met verdachtmakingen, scheldpartijen zelfs: kunstenaars worden uitgemaakt voor uitvreters, subsidieslurpers. Kunst en cultuur zijn overbodige uitwassen, want het leven draait immers om vreten, voortplanten en sterven.
Net als bij konijnen, wasberen, ratten en kakkerlakken. Dank zij de neoliberalen raken we honderdduizend jaar terug in de tijd.