Gisterenavond kon ik met gepaste trots de tentoonstelling ‘Overwinteren’ mede helpen openen met een keynote presentatie over mijn tentoongestelde ‘Zeeuwse collectie’, de streektrots, de streekproducten, de streekcultuur, en uiteraard greep ik deze gelegenheid aan voor een pleidooi voor meer kunst en cultuur in de stad (Terneuzen). Voor deze gelegenheid had ik mijn boerengoed aangetrokken (Axelse streekdracht).
Buiten zie ik de mooie poster al die de expositie aankondigt.
Deze affiche ga je straks door heel Zeeuws Vlaanderen zien.
Mijn schilderijen mogen tot 13 April de wintertentoonstelling van het museum vergezellen. En hoewel lang niet alle schilderijen over winterse sferen gaan kan ik toch een mooie bijdrage leveren aan de passie die ik heb voor deze streek en dit schitterende museum. De aftrap voor de opening werd gedaan door Hans van Bellen, namens het museum, gevolgd door een geweldig goed, en diep inhoudelijk, woord van de curator van het museum Drs. Piet de Blaeij.
Piet verstaat de kunst van het vertellen en kon op onnavolgbare wijze dieper ingaan op onderliggende lagen in mijn werk waardoor het voor de toeschouwers ineens veel meer betekenis kreeg dan zomaar ‘mooie plaatjes’. Met weinig woorden kon hij veel vertellen over de aanwezige filosofie in het werk die meer kan duiden dan wat je aan de oppervlakte ziet. Voor mij was dat een kroon op al het werk wat ik eraan heb gehad.
Na het woordje van Piet kwam ik aan de beurt met mijn keynote presentatie die afgesloten werd door onze wethouder van Economie, Toerisme en plattelandsontwikkeling, Midden- en Kleinbedrijf en marktzaken en Sport, Jack Begijn. De opening werd afgesloten door Jeanet d’Hont die een verhaal, in prachtig dialect, vertelde van Meta Dieleman.
Zelf was ik niet in de gelegenheid om foto;s te maken, maar dat werd wel gedaan door de vele aanwezigen. Zelfs door stadsgenoot Erik Schmidt, die hier speciaal helemaal voor uit Duitsland overkwam om hierbij aanwezig te kunnen zijn. Heel blij ben ik met de mensen uit Westdorpe (het warmste dorp van Nederland) die een serie prachtige foto’s maakten van dit geheel en waar ik er dus een aantal van heb mogen gebruiken op mijn site.
Het mooie van zo’n opening in dit museum is dat je niet alleen omgeven bent met het geheugen van de streek en de enorme lading aan emotie en geschiedenis die dat met zich meebrengt, maar ook met de juiste mensen aan de top van de politiek, de culturele instanties en de vertegenwoordigers van alle belangrijke lokale clubs.
Maar ook veel mensen uit mijn eigen directe omgeving, zoals onze Hoekse molenaar Jelle de Groote, die eveneens in streekdracht op deze opening verscheen, en te zien is op een van mijn schilderijen van de molen.
Kortom, het werd een feestje waar ik me als een vis in het water thuis voelde en waarin ik ook nog en bijdrage kon leveren aan de verdere ontwikkeling van een groter cultureel besef in het Land van Axel.
Het enige minpuntje was dat ik in mijn presentatie vergat te vertellen over de belangrijke positie van Galerie en kunstcafĂ© Lokaal 54 in deze ontwikkeling. Daar ligt de bakermat voor al deze ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuurbesef in Terneuzen. Van hieruit werd o.a. de Mathildedag georganiseerd en vinden er het hele jaar door openingen van exposities plaats die zo belangrijk zijn voor deze streek. Hier hangt ook permanent mijn ‘Zeeuwse collectie’, die ik nu aan ga vullen met nieuw werk omdat deze nu voor een groot deel in het museum te zien is. De galerie is op dit moment gesloten voor de winterstop, maar die gaat straks op 9 Maart weer open voor een heel mooi nieuw seizoen.
Deze avond kreeg ik nog een heel erg leuk presentje van mijn buren even verderop aan het Mauritsfort. Dit is precies de wereld die ik zo enorm koester.