Het is niet de eerste keer dat ik me begeef op het gebied van stilleven schilderen. Het is al een heel oud genre binnen de schilderkunst dat al door de Romeinen werd toegepast op muurschilderingen. Het woord ‘stilleven’ dook voor het eerst op rond 1650. In een boedelbeschrijving werd een schilderijtje van enkele voorwerpen een stilleven genoemd en sindsdien is het woord toegetreden tot onze taal.

‘Stilleven met pot augurken’ 60 x 30 cm. (doekmaat) €1250,-
Sleutels schilderen in een stilleven doe ik al heel lang. Maar ook in een schilderij, zoals hierboven in ‘Toegang tot het kerkje‘. Het bijzondere hieraan is dat je eigenlijk naar twee schilderijen kijkt. Een stilleven met een sleutelbos aan een paal en een landschap.
Een stilleven van mijn hand vertelt meestal een verhaal. Ik schilder dan vooral alles wat je niet ziet op het schilderij. Zeg maar het leven achter het stilleven. De pot met augurken vertelt het verhaal van trots. Boerentrots en het verhaal van de moestuin, het leven van het land, en de kunst van het ‘zelf maken’.
Het stilleven van een ei vertelt het verhaal van de kippen van de overburen. Die leggen elke dag een ei en dat zie ik als ik naar buiten kijk. Ik zie ze lopen tussen de schapen in de wei tegenover mijn huis. Nu ik dit schrijf, zie ik ze lopen en maak daar even een foto van die je hieronder kunt zien.
Die eieren komen dan weer, via Wilna, mijn overbuurvrouw (die weet dat ik dol ben op die eitjes en me er dan ook van mee laat genieten) in mijn keuken terecht. En telkens als ik zo’n eitje pak, denk ik aan de kippen tegenover me die ze geproduceerd hebben. Dan ben ik ze erg dankbaar en heeft zo’n ei voor mij meer betekenis als zomaar een ei. Ik zou dat allemaal willen schilderen, maar ik kan dat dan het beste samenvatten in de essentie. Het ei zelf.
Ik schilder dus een eitje, maar ik schilder vooral de wereld achter dat eitje, die je dus niet kunt zien als je niet weet hoe ik aan zo’n lekker echt scharrel eitje kom. Tijdens het schilderen zie ik de kippen, tegenover me, rondwaggelen. Ze vermaken zich wel, samen met de schapen, en ze hebben er geen weet van dat ik een van hun trotse vruchten zit te schilderen.
Maar een stilleven van een sleutel spreekt nog veel meer tot de verbeelding omdat je je af kunt vragen welke deur je ermee had kunnen openen. Dat vraag ik me ook af als ik zo’n sleutel zit te schilderen. Het kan een sleutel zijn die ooit toegang bood tot een afgesloten torenkamertje met een geheim. Of een sleutel van de voordeur van een oud statig pand dat al lang niet meer bestaat. Wat zou er achter zo’n deur ontdekt kunnen worden? Ik heb nu een sleutel geschilderd voor de workshop, maar ik heb er nog veel meer. De verleiding is groot om nog een sleutel te gaan schilderen. Welke het wordt weet ik nog niet, maar ik zal er een heel mooie uit gaan zoeken.